Met grote delen van het openbaar vervoer in Groningen en Drenthe gaat het best goed. De regionale treinen trekken steeds meer reizigers en rijden vaker. Het materiaal is uitstekend. Ook het busvervoer op de drukke lijnen in en naar de stad Groningen is prima. Dat mag een wonder heten omdat er de laatste jaren door het rijk stevig bezuinigd is op het openbaar vervoer. Er is één onderdeel van het openbaar vervoer dat het niet goed doet en dat is het busvervoer op het platteland. Daar zijn geen grote reizigersstromen die veel inkomsten genereren. Daar rijden steeds minder bussen. Daar komen de bezuinigingen terecht.

Het busvervoer in Groningen en Drenthe krijgt zeer waarschijnlijk te maken met grote tekorten. Het gaat dan om grote bedragen: vanaf 4 miljoen euro in 2016, oplopend tot 8 miljoen in 2018. Als er niks verandert en deze tekorten daadwerkelijk optreden, dan zal dit grote negatieve gevolgen hebben op de dienstregeling.
In Groningen en Drenthe is er voor gekozen om komend jaar kleinere bussen in te zetten op veel plattelandslijnen. Dat lijkt vooralsnog een prima oplossing, zolang de bus nog maar rijdt en de mensen kunnen zitten. Erger wordt het als er minder bussen gaan rijden of als er hele lijnen geschrapt worden. Volgens de huidige plannen zal dit laatste vooral in Oost-Groningen en Midden-Drenthe gaan gebeuren
Een volgende stap is dat een groot aantal lijnen wordt omgezet in buurtbussen met vrijwilligers als chauffeur. Dat zal in 2015 en 2016 gebeuren met stadsbussen in Assen, Hoogezand, Veendam, Haren, Meppel en Hoogeveen. Het werken met vrijwilliger is een mogelijke oplossing, maar alleen op volstrekt onrendabele lijnen. Ook dan is het nog een uitdaging om een grote groep vrijwilligers te werven en een ingewikkeld systeem te laten uitvoeren. Om een dergelijk systeem te laten slagen, moet er wel geïnvesteerd worden in een basisgarantie zijn dat de bus rijdt: op vaste tijden en veilig. Daarvoor zal er hoe dan ook geïnvesteerd moeten worden in het busnetwerk.
Het plan kent ook een keerzijde waar veel aandacht voor moet zijn: het kan niet de bedoeling zijn dat betaalde chauffeurs vervangen worden door vrijwilligers. Maar als er écht bijna niemand meer in de bus zit en er veel geld bijgelegd moet worden om de bus te laten rijden, dan komt er een keer een eind aan. Dan kan het omzetten van een gewone lijnbus in een buurtbus met vrijwilligers als chauffeur een noodoplossing zijn. Het streven moet echter zijn om in zoveel mogelijk dorpen echte bussen te laten rijden, al is het alleen maar naar het dichtstbijzijnde treinstation. Ook bewoners van het platteland hebben het recht op openbaar vervoer.
In sommige gebieden kan de gezamenlijke aanbesteding van het gewone busvervoer met het doelgroepenvervoer een oplossing zijn voor de bezuinigingen. Te vaak rijden busjes van verschillende organisaties en reguliere bussen delfde route, terwijl ze beide lang niet vol zitten. Denk aan de bussen met scholieren en met gespecialiseerd personenvervoer. Maar al deze oplossingen zullen zeker niet voldoende soelaas bieden als het rijk nog verder op het busvervoer gaat bezuinigen. En daar ziet het wel naar uit.
Als deze rijks bezuinigingen doorgaan en de provincie het financiële gat niet vult, dan dreigt een nog veel verdergaande verslechtering van het busvervoer op het platteland. Veel dorpen, zelfs grotere, zullen het dan zonder bus moeten zien te redden. Dat zal grote gevolgen hebben, zoals verdere afname van het aantal dorpsbewoners, maar ook vereenzaming van vooral ouderen omdat ze het dorp niet meer uitkomen. Om naar werk of school in een andere gemeente te gaan, heb je in Groningen snel een grote afstand te overbruggen. Zonder auto ben je dan als snel aangewezen op het OV.
GroenLinks in Groningen en Drenthe pleiten er voor om het busvervoer op het platteland overeind te houden. Als het rijk door gaat met bezuinigen dan kan de provincie het busvervoer met eigen middelen financieel ondersteunen. Hiervoor kunnen financiële reserves van de provincie worden gebruikt, of moeten er andere keuzes gemaakt worden binnen de provinciale begrotingen. De provincie kan haar inwoners op het platteland niet in de kou laten staan. Daarvoor zijn toekomstbestendige en creatieve oplossingen nodig. Daarvoor moet de provincie samen met de bewoners optrekken. Keiharde voorwaarde is dan wel dat de Provincie een basisnetwerk voor het openbaar vervoer garandeert en daar ook geld voor over heeft.

Harrie Miedema, Statenlid GroenLinks in Groningen
Hans Kuipers, Commissielid PS in Drenthe voor GroenLinks